Vlaams minister van Mobiliteit en Openbare Werken Lydia Peeters besloot eerder dit jaar om de uitrol van het Flexplus-vervoer uit te stellen met twee jaar, naar begin 2027.
Flexplus-vervoer is het vervoer dat zich richt op personen die omwille van een mobiliteitsbeperking niet mee kunnen met de rest van het openbaar vervoer (kernnet, aanvullend net en andere onderdelen van het vervoer op maat).
Bij Flexplus-vervoer rijdt een voertuig op vraag van een reiziger van stoep tot stoep of van gang tot gang. Het is de bedoeling dat dit mee geïntegreerd wordt in het Vervoer op maat in het kader van "basisbereikbaarheid" en dat de reiziger de rit bestelt bij de Hoppincentrale.
Ondertussen blijft dat vervoer op de oude manier verder uitgevoerd en gesubsidieerd:
1) De bestaande provinciale ‘Mobiliteitscentrales Aangepast Vervoer’ (MAV) en ‘Diensten voor Aangepast Vervoer’ (DAV) zullen nog twee jaar hun werking behouden.
Noteer dat de helft van dat vervoer door taxiondernemingen verzekerd wordt (in opdracht van een MAV).
2) Door de uitstelperiode heeft de Vlaamse regering op 26 april beslist om de toegekende ondersteuning aan de MAV’s en DAV’s te verlengen.
Voor de werking van 2024 kunnen zij rekenen op een totaalbedrag van 1,94 miljoen euro voor de MAV’s en 3,94 miljoen euro voor de DAV’s.
3) Mobiliteitsindicatiestelling : Om de implementatie van het Flexplus-vervoer te kunnen uitwerken wordt er momenteel gewerkt aan het opstellen van een mobiliteitsindicatiestelling, via beleidsdomein-overschrijdende afstemming. Op basis van deze indicatiestelling wordt de doelgroep omschreven die al dan niet recht heeft om gebruik te maken van het aangepaste vervoer in de toekomst.
GTL is in 2023 vertegenwoordigd geweest in de Stuurgroep en werkgroepen "mobiliteitsindicatiestelling" voor het flexplusvervoer. Deze definiëren criteria en doelgroepen die vanaf 2027 dit vervoer mogen bestellen via de Vlaamse Mobiliteitscentrale.
De planning is om tegen eind 2024 een conceptnota door de Vlaamse Regering te laten goedkeuren met daarin een voorstel van deze mobiliteitsindicatiestelling.