Verbandkist
Publicatie : 1968-03-28
Koninklijk besluit van 15 maart 1968 houdende algemeen reglement op de technische eisen waaraan de auto's, hun aanhangwagens en hun veiligheidstoebehoren moeten voldoen.
HOOFDSTUK VII: Inrichting
Artikel 71: Verbandkist
§1. De autobussen en de autocars alsmede al de andere auto's gebezigd voor het bezoldigd vervoer van personen of voor hiermede gelijkgesteld gratis vervoer moeten voorzien zijn van een verbandkist van het "universeel" type.
In die verbandkist, welke niet op slot mag gedaan worden doch water- en stofdicht moet zijn, moeten zich ten minste de hiernavermelde voorwerpen en farmaceutische produkten bevinden:
3 pakjes driehoekig steriel verband
1 cambric-zwachtel
1 cambric-zwachtel
1 cambric-zwachtel
3 pakjes van 10 gr slorpwatten
10 ampullen met 1 cc jodiumalcohol en een vijl
1 pakje verband van
2 pakjes verband van
1 zakje met een assortiment van hechtpleister (sparadrap) bereid met jodoformgaas
1 knevelverband dat bestaat uit een elastische, hemostatische band van
10 verbandagrafen of 10 veiligheidsspelden
1 gebruiksaanwijzing.
Wanneer de maximale toegelaten massa ervan meer bedraagt dan
§2. De auto's die niet moeten voorzien van een verbandkist van het "universeel" type en die niet voorzien zijn van de verbanddoos opgelegd voor de auto's door het Algemeen Reglement voor de arbeidsveiligheid, moeten voorzien zijn van een verbandetui dat ten minste moet bevatten :
1 pakje individueel steriel verband
1 pakje individueel steriel verband
1 driehoekig verband in steriel gaas met
1 cambric-zwachtel
1 cambric-zwachtel
1 zakje met 10 antiseptische hechtpleisters
2 verbandagrafen of 2 veiligheidsspelden.
§3. Elke verbandkist of etui moet bevatten :
1. een lijst waarop de inhoud vermeld is;
2. een beschrijvende en geïllustreerde toelichtingsnota van de kunstmatige ademhaling volgens de mond aan mond methode met vermelding van de mogelijkheid haar door middel van een mondstuk toe te passen zonder rechtstreekse aanraking;
hetzij de toelichtingsnota met betrekking tot "De eerste hulp vóór de aankomst van de arts" beschreven in de bijlage van de afdeling III van titel II, hoofdstuk III, van het Algemeen Reglement voor de Arbeidsbescherming, zoals zij voorzien werd bij het koninklijk besluit van 16 april 1965, hetzij de toelichtingsnota opgenomen in artikel 6 van het koninklijk besluit van 25 oktober 1971 tot wijziging van titel II, hoofdstuk III, afdeling III van het Algemeen Reglement voor de Arbeidsbescherming.
b) voor de voertuigen in dienst gesteld vanaf de datum van inwerkingtreding van dit besluit :
de toelichtingsnota met betrekking tot "De eerste hulp vóór de aankomst van de arts" opgenomen in artikel 6 van het koninklijk besluit van 25 oktober 1971 tot wijziging van titel II, hoofdstuk III, afdeling III, van het Algemeen Reglement voor de Arbeidsbescherming.
§4. Onverminderd de bepalingen voorzien door de arbeidswetgeving, geldt dit artikel niet voor de auto's voor traag vervoer.